Van Giffen vond dit "grootste en meest trotsche steengraf" een meer passende omgeving waard dan het "plantsoentje" waarvan hij melding maakt. Wat dat betreft heeft hij z'n zin gekregen. De nauwkeurige beschrijving van alle 47 stenen die hij aantrof is te gedetailleerd om hier weer te geven. Maar om kort te gaan: alle 9 forse dekstenen waren aanwezig waarvan echter slechts 2 in situ (op de originele plaats), maar liefst 22 zij- en sluitstenen waarvan de meeste in situ, en een complete poort van 4 zijstenen en 1 deksteen. Zeer opmerkelijk is zijn constatering dat de 5e en 6e deksteen helften van dezelfde zwerfkei zijn!. Sporen van een dekheuvel of kransstenen treft hij niet aan, maar het leek hem onwaarschijnlijk dat die in de oorspronkelijke situatie zouden hebben ontbroken. In 1869 kocht de Staat dit monument op van de Markgenoten van Borger op.
(Bron: Atlas bij "De Hunebedden in Nederland", dr.A.E.van Giffen, 1925)